Coronatoegangsbewijs voor risico werknemer?
De regering heeft op 22 november het wetsvoorstel Tijdelijke wet verbreding inzet coronatoegangsbewijzen ingediend. In dit wetsvoorstel wordt voorzien in de mogelijkheid het coronatoegangsbewijs breder in te zetten, in sommige gevallen ook op de werkvloer. In de memorie van toelichting spreekt de regering zich uit over de mogelijke gevolgen voor werknemers en –gevers.
In het wetsvoorstel wordt onderscheid gemaakt tussen twee soorten arbeidsplaatsen. De arbeidsplaats waar het voor klanten of bezoekers al verplicht is een coronatoegangsbewijs te hebben en andere arbeidsplaatsen.
Voor de eerste categorie arbeidsplaatsen, momenteel met name de horeca en de cultuursector, zal komen te gelden dat het voor werknemers ook verplicht wordt een coronatoegangsbewijs te tonen. De huidige scheiding tussen klanten en bezoekers enerzijds en werkenden anderzijds komt te vervallen. Waar momenteel discussie gaande is over het eventueel invoeren van een 2G-beleid sluit het wetsvoorstel een 2G-coronatoegangsbewijs voor werknemers uitdrukkelijk uit.
Voor de tweede categorie arbeidsplaatsen verplicht het wetsvoorstel de werkgever zorg te dragen voor een beschermingsniveau tegen Covid-19 dat vergelijkbaar is met het beschermingsniveau van een coronatoegangsbewijs. Voorbeelden hiervan zijn thuiswerken en het continu handhaven van anderhalve meter afstand. Waar de werkgever dit beschermingsniveau niet kan garanderen, zal een coronatoegangsbewijs vereist zijn.
Een werknemer die onder deze omstandigheden geen (geldig) coronatoegangsbewijs kan laten zien, mag geen toegang krijgen tot de werkvloer en kan dan dus niet werken. In de memorie van toelichting noemt de regering onderling overleg en een tijdelijke wijziging van functie als mogelijke oplossingen. Het algemene uitgangspunt is dat een werknemer, ook wanneer hij niet kan werken, recht op loon houdt. Toch kiest de regering ervoor de gevolgen van het niet kunnen tonen van een coronatoegangsbewijs niet altijd voor rekening van de werkgever te laten komen. Wanneer na onderling overleg niet tot een situatie is gekomen waarin het beschermingsniveau gehandhaafd kan worden, kan de werkgever in sommige gevallen een loonsanctie opleggen of zelfs overgaan tot ontslag. Of de werkgever van deze mogelijkheden gebruik kan maken zal afhangen van de concrete omstandigheden van het geval. Daarbij is de concrete mogelijkheid voor de werknemer om zich te laten testen om een coronatoegangsbewijs te krijgen van belang, en ook de frequentie waarmee de werknemer zich dan zal moeten laten testen.
De tweede kamer buigt zich momenteel over het wetsvoorstel. Op welke datum de kamer tot stemming over zal gaan is nog niet bekend.
Ivo Barends